Aanbiedingsbrief

Hoofdlijnen

Hoofdlijnen

In de voorliggende Kadernota hebben wij de onontkoombare mutaties verwerkt. Er is nog geen inschatting gemaakt van de effecten van de Meicirculaire over de uitkering uit het gemeentefonds. Wel hebben wij een voorschot genomen op de verwachte tegemoetkoming van loon- en prijsstijgingen. Zodra de effecten zijn doorgerekend komen wij hier separaat op terug.
In december van 2021 is het regeerakkoord gepresenteerd. Opvallende financiële zaken hieruit zijn:

  • De doorrekening van de jeugdgelden op basis van de uitspraak van de commissie van wijzen, maar wel met een korting
  • De bevriezing van de opschalingskorting tot en met 2025 (vanaf 2026 komt deze in zijn volle omvang terug)
  • Het vastzetten van het lagere accres in 2026, waarbij de mogelijkheid voor een eigen belastingheffing nog zal worden onderzocht
  • Instellen van specifieke uitkeringen waarbij de voorwaarden nog onduidelijk zijn

Over bovenstaande zaken wordt nog door de verschillende partijen gesproken. Onduidelijk is op het moment van het schrijven van deze nota, welke gevolgen dit heeft voor de financiën van de gemeente. Bij de uitgangspunten Kadernota 2023-2025 komen we hier uitgebreider op terug.  

Speerpunten Regeerakkoord Rutte IV

Uit het in december 2021 gepresenteerde Regeerakkoord blijkt dat het nieuwe kabinet fors investeert in de aanpak van de klimaattransitie, stikstof, woningbouw, bereikbaarheid, bestaanszekerheid en de arbeidsmarkt.
Hieronder gaan wij in op een aantal zaken uit het regeerakkoord die een raakvlak hebben met de gemeentelijke taakuitoefening. De recent ontstane oorlog in Oekraïne en hiermee gepaard gaande vluchtelingencrisis, de energieprijzen die wereldwijd sterk onder druk staan en de reeds aanwezige gevolgen voor de koopkracht, kunnen effect hebben op de hieronder genoemde ambities en bedragen uit het regeerakkoord.

Woningbouw

Het kabinet wil de woningbouw versnellen tot 100.000 woningen per jaar. In de hernieuwde Nationale Woon- en Bouwagenda komen (afdwingbare) afspraken over de nieuwbouwaantallen te staan. Op 1 oktober moet per provincie zijn vastgesteld hoeveel en welk type woningen de komende jaren worden gebouwd. Deze prestatieafspraken worden vertaald naar concrete aantallen per gemeente. Vanaf 2024 moet de productie op 100.000 woningen per jaar liggen.

Ook komt er de komende tien jaar € 7,5 miljard vrij voor een goede ontsluiting van de woningen in de 14 verstedelijkingsgebieden waarvan de Spoorzone Zwolle er een is. Op dit proces wil onze gemeente goed aangehaakt blijven.

De verhuurdersheffing wordt volledig afgeschaft waardoor woningbouwcorporaties meer financiële armslag krijgen. Er komen bindende prestaties met corporaties zodat het geld dat vrijkomt gebruikt wordt voor de bouw van flexwoningen, betaalbare huurwoningen, renovatie, verduurzaming en de leefbaarheid van wijken.

Voor onze gemeente wordt het zaak deze landelijke woningbouwambities goed te koppelen met de eigen strategie en investeringsplannen. Onze gemeente heeft niet de behoefte om grootschalig te bouwen voor de Regio Zwolle. Wij hebben uitgesproken de komende 10 jaar 750 woningen te realiseren om hiermee met name in de eigen behoefte te voorzien. Door de raad is financiële ruimte beschikbaar gesteld om een woonaanjager aan te stellen.
Mogelijk kunnen wij bij onze woningbouwplannen aanspraak maken op een Specifieke Uitkering (SPUK) van het landelijke Woningfonds. De nadere regels die hierop van toepassing zijn, zijn nu nog niet bekend.

Klimaat en Energie

Energietransitie
De doelstelling voor CO-reductie voor 2030 is aangescherpt van 49% naar 55% en zelfs met een streefdoel van 60%. Het kabinet maakt voor de komende tien jaar een bedrag van € 35 miljard vrij om de energietransitie uit te voeren en de energie-infrastructuur te moderniseren. De druk op het afbouwen van het gebruik van fossiele brandstoffen wordt nog eens vergroot door de recente oorlogscrisis in Oekraïne. Nederland wil samen met andere Europese landen snel onafhankelijk zijn van de levering van Russisch gas. Ook de wereldwijd onzekere energiemarkt speelt hierin een rol.

Onze gemeente heeft onze opgave voor grootschalige opwek zon en wind in 2019 reeds vastgesteld en verwerkt in het bod voor de Regionale Energiestrategie (RES). Het vaststellen de locaties, het beleid voor het lokaal eigendom en de ruimtelijke randvoorwaarden is in 2022 aan de orde. In 2023 volgt besluitvorming over het plan uit het eerste zoekgebied. Om de opgave voor 2030 te halen moeten in 2025 de vergunningen zijn verleend voor de windmolens.

De Ondernemers Kring Genemuiden wil met windenergie de industrie toekomstbestendig maken. Dit initiatief vergt een integrale afweging van onze gemeente. Windmolens, maar ook zonnevelden, hebben een grote impact op de omgeving.
Naast inwoners en bedrijven hebben we bij grootschalige opwek ook te maken met buurgemeenten en het beleid van de Provincie. Met Zwolle en Kampen stemmen we af over (grootschalige) opwek in het Nationaal Landschap. Met Zwolle, Staphorst en Dalfsen werken we samen in het energielandschap ZSDZ. Voor ons is het economisch en strategisch van belang betrokken te zijn bij deze ontwikkeling. Hierbij valt te denken aan het aansluiten op een waterstof netwerk of rechtstreekse levering van duurzame energie.
Met de netbeheerder voeren we koersgesprekken over de benodigde aanpassingen in het energienetwerk.

Tevens heeft onze gemeente recent de transitievisie warmte vastgesteld. In de komende jaren gaan we wijk- en buurtgericht aan de slag met het afstappen van aardgas als fossiele bron voor warmte. Hierbij starten we met de wijken waar nog onduidelijkheid is over de alternatieve warmtebron én met wijken die relatief gemakkelijk kunnen overschakelen naar lage temperatuur verwarming. Het kabinet heeft nog niet aangegeven welke middelen elke gemeente krijgt voor deze nieuwe decentrale taak. Dat maakt het vooralsnog onzeker hoe de uitvoering van de wijkuitvoeringsplannen zijn beslag krijgt. Betaalbaarheid van de plannen voor de gemeente en huiseigenaren blijft belangrijk.

Voor gebouweigenaren is het Nationaal Isolatieprogramma beschikbaar met subsidie tot 2030 en de Energie-bespaarlening voor financiering.

Stikstofreductie
Stikstof is al lang een probleem voor de agrarische sector, de woningbouw en infrastructuur. Het kabinet gaat fors investeren in duurzame landbouw en een robuust natuurareaal.  Dit wordt gecombineerd met gebiedsgerichte opgaven van waterkwaliteit, bodem, klimaat en biodiversiteit. Er komt een grondbank die grond uitgeeft voor het extensiveren, omvormen en verplaatsen van bedrijven van boeren die graag door willen en voor natuur. Voor deze ambities komt een Nationaal Programma Landelijk Gebied waarin vanaf 2023 tot 2035 € 25 miljard beschikbaar is. Over de gebiedsgerichte aanpak worden afspraken gemaakt met de provincies.

We vinden het belangrijk de nationale strategie te koppelen met de eigen strategie voor het landelijk gebied. Gronden die vrijkomen willen we weer benutten voor agrariërs om de extensivering (minder vee per hectare) mogelijk te maken. We streven naar het behoud van het agrarisch karakter van het landschap. Deze visie wordt gedeeld binnen de Deelgebiedscommissie Polder Mastenbroek.

Water en bodem
Toegewerkt wordt naar vernieuwde deltabeslissingen voor een water-veilig land met voldoende zoetwater en een toekomstbestendige inrichting. Water en bodem worden sturend bij ruimtelijke planvorming. Dit uitgangspunt krijgt ook een plaats in de provinciale Omgevingsvisie die momenteel wordt vernieuwd. De gebiedsgerichte uitwerking voor ons veenweidegebied vindt plaats via de Gebiedsgerichte Aanpak (GGA).

We hebben wel enige zorg hoe het GGA zich gaat verhouden tot de verstedelijkingsambities van de Regio Zwolle en de totstandkoming van de nieuwe Omgevingsvisie van de provincie Overijssel. Het gaat om drie grote trajecten met elk een eigen tempo en fasering. Het is belangrijk dat deze processen en de uitspraken die daarbinnen worden gedaan onderling goed afgestemd blijven. Grootschalige woningbouw in de polder Mastenbroek, waaronder het grondgebied van Zwolle en Kampen vinden wij niet wenselijk. Onze positie en inzet houden wij blijvend onder de aandacht in het proces van de verstedelijkingsstrategie.

Verkeer en mobiliteit

Het kabinet trekt structureel € 1,25 miljard uit om de achterstanden in beheer en onderhoud van (rijks)infrastructuur in te lopen en extra te investeren in de uitbreiding van de infrastructuur voor Openbaar Vervoer, fiets, auto en water tussen stad en regio. Ook zijn er plannen om mobiliteitshubs te ontwikkelen waar reizigers makkelijker kunnen overstappen naar (deel)auto, (deel)fiets of trein.

Tevens worden in deze kabinetsperiode voorbereidingen getroffen voor het invoeren van een systeem van betalen naar gebruik in de automobiliteit in 2030. Het tarief van de motorrijtuigenbelasting wordt afhankelijk van het jaarlijks gereden aantal kilometers. Elektrisch vervoer wordt gestimuleerd, duurzame stadslogistiek en de uitrol van de laadinfrastructuur wordt versneld.

Samen met gemeenten wordt bezien waar binnen de bebouwde kom de maximumsnelheid verlaagd kan worden naar 30 kilometer per uur. Wij beoordelen of dit consequenties heeft voor onze gemeente. Hier ligt ook een relatie met het Gemeentelijk Verkeers- en Vervoersplan dat wij dit jaar opstellen. In het GVVP besteden wij onder andere aandacht aan fietsknelpunten, ongevallenlocaties of locaties die gevaarlijk worden gevonden. Verkeersveiligheid is de basis van het GVVP. Aan het GGVP koppelen wij een uitvoeringsprogramma.

Regionale Economie en Human Capital

Het kabinet zet in op een sterk Midden en Kleinbedrijf (MKB). De regeldruk wordt aangepakt. Het Nationaal Groeifonds wordt gecontinueerd via investeringen in projecten gericht op kennisontwikkeling, onderzoek en innovatie. De Regio Deals worden voortgezet. Het kabinet wil samen met de lokale overheden aan de slag om leegstand tegen te gaan in de winkelstraten en de samenwerking tussen retail, horeca en cultuur te stimuleren. Toerisme krijgt een volwaardige plek in het economisch beleid, waarbij ingezet wordt op spreiding.

In de Regio Deals gaan veel middelen om. Wij hechten aan een goede governance van deze deals. Ook de VNG ziet dat verbeteringen nodig zijn. Zij ziet deze deals graag als opmaat naar een meer structurele, programmatische en interbestuurlijke samenwerking in de regio.
Voor de investeringsagenda van de Regio Zwolle is de potentiële subsidieomvang door de Regio Zwolle op 800 miljoen euro geschat. Het is verstandig hier goed op aangehaakt te blijven. In subregionaal verband willen wij verkennen of het versterken van het toeristisch recreatief product in 1 van de programmalijnen van de Investeringsagenda ingebracht kan worden. Voor onze gemeente ligt de focus op cultuurhistorisch interessante bezienswaardigheden.  

Het kabinet wil meer mensen (van werk) naar werk begeleiden en beroepsopleidingen stimuleren die aansluiten op ontwikkelingen op de arbeidsmarkt. Er komt meer ruimte voor iedere inwoner om zich een leven lang te ontwikkelen. Een sterker middelbaar en hoger beroepsonderwijs wordt gestimuleerd.
Onze gemeente participeert in de Human Capital Agenda (HCA) van de Regio Zwolle. Tot en met 2023 hebben wij hiervoor jaarlijks € 40.000 opgenomen in onze begroting.

Door de Coronacrisis zijn nieuwe uitdagingen ontstaan. Daarom wordt binnen de HCA agenda versneld ingezet op onder andere de volgende doelen:

  • De ontwikkeling van een Covid-19 aanpak voor de verschillende doelgroepen op de arbeidsmarkt, zowel gericht op werkgevers als werknemers en werkzoekenden, waaronder kwetsbare groepen zoals jongeren
  • Het bieden van perspectief aan inwoners aan werk en opleiding (via onder andere het ontwikkelfonds)
  • beter regionaal arbeidsmarktbeleid
  • het ondersteunen van ondernemers (verbeteren sectorale samenwerking, betere afstemming tussen onderwijs, overheid en ondernemers).

Wij proberen daarbij werkgevers zo goed mogelijk te ondersteunen, onder andere als het gaat om een goede relatie met het onderwijs. Het ondernemersloket en de adviseur werkgeversdienstverlening vervullen hierin een belangrijke rol.

Digitalisering

De speerpunten in de digitalisering zijn voor het kabinet onder andere: het verbeteren van de toegankelijkheid van digitale overheidsdiensten, het controleren van het gebruik van algoritmes op transparantie, discriminatie en willekeur en bestrijden van digitale dreigingen en aanvallen.

Via onze Digitale Agenda Zwartewaterland werken wij aan drie belangrijke doelstellingen:

  1. burgers en bedrijven passend digitaal bedienen
  2. de organisatie duurzaam voorbereiden op digitale ontwikkelingen
  3. uitvoering geven aan digitaal wettelijke producten en diensten.

Hierbij besteden wij in het bijzonder aandacht aan de al ingezette ontwikkelingen rondom de publieksdienstverlening en burgerzaken en de verbetering van de integrale informatievoorziening van de gemeente. Ook staat de  implementatie van een aantal ingrijpende wetten op het gebied van de informatievoorziening op stapel: de Wet open overheid, de Wet digitale overheid, de Nieuwe archiefwet en de Wet modernisering elektronisch bestuurlijk verkeer.

Daarnaast besteden wij aandacht aan het adequaat en kosteneffectief beheersen van beveiligingsrisico's. Het samenwerkingsverband SSC ONS speelt hierin ook een belangrijke rol.

Covid

Door alle andere perikelen zou je bijna vergeten dat we twee jaar van Covid-19 crisis achter de rug hebben. Veel van onze inwoners zijn persoonlijk geraakt door deze ziekte en hebben geliefden verloren. De ondernemers krabbelen weer op en kijken weer vooruit. Nagenoeg alle maatregelen zijn verdwenen, maar Covid-19 is nog niet weg. Afhankelijk van hoe het zich gaat ontwikkelen zullen we daarop anticiperen. Financieel is het Rijk de gemeente voldoende tegemoet gekomen, waardoor de crisis geen directe financiële impact heeft gehad op de gemeentelijke financiën.

Het Sociaal Domein

In het regeerakkoord staat dat de nieuwe coalitie o.a. de bestaanszekerheid van kwetsbare groepen wil versterken, het minimumloon wil verhogen en een lastenverlichting wil toepassen voor lage en middeninkomens. Daarnaast wil het kabinet  investeren in het vergroten van de kansengelijkheid voor alle kinderen, jongeren en studenten en daarnaast in preventie en gezondheid, vanuit de ambitie: een gezonde generatie in 2040.
In Zwartewaterland willen we het thema kansengelijkheid verankeren in ons beleid en inzetten als vertrekpunt (basis) voor alle beleidsvelden: Jeugdwet, Wmo en Participatiewet. Om die kansengelijkheid te optimaliseren willen de middelen effectief inzetten die het Rijk daarvoor beschikbaar stelt.
De afzonderlijke (deel)budgetten die we ontvangen voor de uitvoering van de Jeugdwet, Wmo en Participatiewet kennen wel de nodige onzekerheden voor de langere termijn (vanaf 2024 en verder).   Door de invoering van het abonnementstarief is de vraag naar huishoudelijke ondersteuning (Wmo) toegenomen, waardoor de discussie over een reële eigen bijdrage opnieuw zal worden gevoerd. In 2023 vindt nog een compensatie plaats van de verwachte tekorten, maar vanaf 2024 boekt het Rijk een besparing in op de verwachte uitgaven (budget). Dezelfde trend zien we bij de meerjarige budgetten voor de Jeugdzorg. in 2023 zijn er nog extra middelen en vanaf 2024 volgt een korting op het budget door aanpassing van de behandelduur en de invoering van een eigen bijdrage. Ook de meerjarige budgettaire ruimte voor de uitvoering van de onderwijsroutes van de Wet Inburgering is nog onzeker; voor 2022 en 2023 is er sprake van een specifieke uitkering (SPUK), vanaf 2024 is dat onzeker.
Zwartewaterland heeft in 2021 en 2022 actief en participatief (met maatschappelijke partners) beleid ontwikkeld rondom het thema gezondheid en preventie. Vanuit het gedachtegoed van Positieve Gezondheid is een overkoepelende ambitie gekozen; in 2024 ervaart 88% van de inwoners van Zwartewaterland de gezondheid als goed of zeer goed. Om die opdracht waar te kunnen maken is het van belang om de beleidsvelden sport, cultuur en onderwijs met elkaar te verbinden en te versterken. Naast slimme verbindingen is daarvoor ook budget nodig. In 2022  ontvangen we nog middelen van het Rijk hebben voor de uitvoering van de doelstellingen van ons Sportakkoord (2020-2022), vanaf 2023 niet meer. Het Sportakkoord wordt gezien als een belangrijke pijler voor het preventie en gezondheidsbeleid.
Na de totstandkoming van het regeerakkoord hebben er, onvoorzien, mondiale ontwikkelingen plaatsgevonden, zoals de oorlog in Oekraïne, die onze samenleving in alle opzichten raakt. De grote vluchtelingenstroom die inmiddels ook Zwartewaterland heeft bereikt doet een extra en stevig beroep doet op ons sociale vangnet in termen van opvang, onderdak, onderwijs, leefgeld, medische voorzieningen en welzijn. We zien een grote bereidheid van de samenleving als het gaat om de eerste opvang van de oorlogsvluchtelingen uit Oekraïne. Voor die extra opvang en maatschappelijke voorzieningen zijn aanvullende financiële middelen noodzakelijk die het Rijk naar verwachting zal vergoeden/compenseren.
Verder heeft deze oorlog direct en merkbaar gevolgen voor onze economie zoals de prijsstijging van levensmiddelen in de winkelschappen en een forse stijging van de energielasten en brandstofkosten. Deze snelle koopkrachtdaling raakt vooral de kwetsbare groepen en huishoudens in onze samenleving; de inwoners met een uitkering, een laag of midden inkomen, maar ook inwoners met een kwetsbare gezondheid.De verwachting is dan ook dat in 2022 meer inwoners en huishoudens een beroep zullen doen op ons sociale voorzieningen, vooral als deze koopkrachtdaling (inflatie) voor langere tijd aanhoudt.
Kortom, de geschetste autonome en actuele ontwikkelingen doen een extra beroep op ons huidige sociale voorzieningenniveau. Dat vraagt enerzijds om de ontwikkeling van een stevige sociale basis, die uitgaat van kansengelijkheid voor alle inwoners en nieuwe inwoners in Zwartewaterland en anderzijds om een bijpassend financieel kader, dat vanuit het Rijk dat meebeweegt met meerjarige autonome en actuele ontwikkelingen. Dus, vinger aan de pols!

Omgevingswet

De invoering van de Omgevingswet gaat nog steeds gepaard met onzekerheden over de planning en over de effecten op de begroting. Momenteel is de invoeringsdatum gesteld op 1 januari 2023. Voor de invoeringskosten geldt dat deze in Zwartewaterland 100% zijn afgedekt met direct beschikbare middelen en dat daardoor geen sprake is van een situatie waarin wij onze inzet weer "moeten terugverdienen". Wat we wil willen bereiken is een soepele invoering en een structurele situatie waarin de aanpassingen in het overleg en de intensiteit van het overleg mogelijk is met een dichte portemonnee. Dus ook voor wat betreft het effect op de leges voor de omgevingsvergunningen. Wij werken nu aan de laatste punten op dit gebied.

Schuldquote

De schuldquote is gedurende de afgelopen bestuursperiode steeds een belangrijk meetpunt geweest. De schuldquote bedroeg in de jaarrekening 2021 77,3%. In de komende periode zijn de volgende elementen van invloed op de hoogte van de schuldquote:

  • de investeringen in de grondexploitaties kunnen zorgen voor een tijdelijk hogere quote en daarna lagere quote;
  • investeringen in o.a. de riolering zorgen de komende jaren voor een geleidelijke verhoging van de quote;

Deze elementen samen zorgen ervoor dat de schuldquote zich niet exact laat prognosticeren. We verwachten dat ook de komende vier jaar de quote zich tussen de 70% en 80% zal bewegen. Het is belangrijker om de ontwikkeling van de quote goed te volgen dan dat een exacte waarde wordt gehaald. Over een langere periode gemeten, willen wij een trend die laat zien dat de schuldquote verder daalt.

Deze pagina is gebouwd op 06/14/2022 13:36:57 met de export van 06/01/2022 08:20:19